In OVAS Connect worden grootboeken, kostenplaatsen, herkomsten en jaarverslagrubrieken ingedeeld in twee niveaus:
1. Hoofdgrootboek (vetgedrukt): Hierop wordt niet direct geboekt.
2. Onder-grootboeken: Dit zijn de subcategorieën waarop daadwerkelijk geboekt wordt.
Dit principe geldt ook voor jaarverslagrubrieken, kostenplaatsen en herkomsten als je die gebruikt.
Voorbeeld: indeling van grootboeken
Stel, je hebt de volgende grootboeken:
• Salarissen
• Loonheffingen
• Sociale lasten
Deze zijn echter allemaal hoofdgrootboeken, terwijl ze eigenlijk onder één overkoepelende categorie zouden moeten vallen. Om dit correct in te richten:
1. Maak een nieuw hoofdgrootboek aan, bijvoorbeeld:
• Nr. 4099 - Personeelskosten
2. Ga naar het grootboek Netto salaris en kies bij “Onderdeel van”: Personeelskosten.
3. Sla de wijziging op.
Herhaal dit voor de andere grootboeken, zodat de structuur er uiteindelijk als volgt uitziet:
• Personeelskosten (4099)
• Netto salaris
• Loonheffingen
• Sociale lasten
Indeling van jaarverslagrubrieken
Hetzelfde principe geldt voor de jaarverslagrubrieken. Bij het grootboek kun je een bijbehorende sub-rubriekselecteren en bij de dagboeken een onder-grootboek.
Voordelen van deze indeling
• Overzichtelijker boekhouding: Je ziet niet alleen de boekingen per onder-grootboek, maar ook de totalen per hoofdgrootboek.
• Flexibele rapportages: In overzichten zoals de Balans en Resultaten kun je kiezen om:
• Alle grootboeken afzonderlijk te tonen.
• Een beknopt overzicht te bekijken door “Details” uit te vinken.
Op deze manier houd je grip op je administratie en zorg je voor een logische structuur binnen OVAS Connect